Waarom we de ontluikingsperiode van vlinderstruiken en vlier onderzoeken
Is het je ooit opgevallen dat bomen in steden eerder groen lijken te worden dan op het platteland? Zo ja, dan is dat niet alleen maar een gevoel. Stedelijke gebieden hebben in de lente vroeger hogere temperaturen. Bovendien is het bekend dat planten in steden de neiging hebben vroeger uit te lopen en te bloeien. CurieuzeNeuzen in de Tuin onderzoekt dit fenomeen door de temperatuur- en bodemvochtmetingen van de gazondolk te koppelen aan de bloei van twee veelvoorkomende struiken: de vlinderstruik en de vlier.
In navolging van een langdurige studie in Frankrijk, waarbij de timing van de bloei van verschillende planten al enkele jaren door burgerwetenschappers wordt opgevolgd, willen we bij CurieuzeNeuzen het bloeiproces van de vlinderstruik en vlier koppelen aan de temperatuur- en bodemvochtdata van de gazondolk. Zo kunnen we nog gedetailleerder in kaart brengen welke factoren van invloed zijn op de timing van de bloei van deze struiken. Meer dan 500 deelnemers met een vlinder- of vlierstruik in de tuin gaven zich op voor dit aanvullend onderzoek.
Met dit onderzoek maken we een uitstapje naar de ‘fenologie’: het bestuderen van jaarlijks terugkerende verschijnselen in de natuur. Denk daarbij aan de levenscyclus van planten, zoals het openen van knoppen, de bladontwikkeling of het ontluiken van bloemen. Fenologische studies willen beter begrijpen hoe de timing van deze gebeurtenissen wordt beïnvloed door variaties in de omgeving waar de planten staan.
En daarbij kan de gedetailleerde dataset van CurieuzeNeuzen een grote hulp zijn. Fenologische studies in stedelijke omgevingen zijn namelijk meestal gebaseerd op metingen van temperatuur en bodemvocht op een grotere, regionale schaal. De precieze temperatuur- en bodemvochtgegevens uit CurieuzeNeuzen in de Tuin geven een nauwkeurig beeld op microklimaatniveau. Hierdoor gaan we beter kunnen begrijpen wat de bloeiperiode van de vlier en vlinderstruik bepaalt, vooral in relatie tot verstedelijking. Zo willen we bijvoorbeeld nagaan vanaf welk punt de temperatuurverschillen tussen de stedelijke omgeving en het platteland voldoende groot worden om een vroegere bloei te veroorzaken.
Deelnemers aan het extra onderzoek ontvangen de komende periode drie keer per week een aanvullende vragenlijst in hun mailbox waarin we vragen om het percentage geopende bloemen aan te duiden op een afbeelding. De vlier-vragenlijst is inmiddels van start gegaan, de vlinderstruik komt normaal gezien wat later in actie. De resultaten kaderen binnen het bredere onderzoek aan Universiteit Antwerpen naar de impact van het stadsklimaat op de verspreiding en het succes van plantensoorten. Later dit jaar worden de resultaten bekend gemaakt.