Invloed van hevige neerslag op het bodemvocht in Vlaamse tuinen
Afgelopen week kreeg het zuidoosten van België te kampen met extreme neerslag, met hallucinante beelden van overstromingen tot gevolg. Deze grote neerslaghoeveelheden laten ook duidelijke sporen na in de bodemvochtigheidsmetingen van het CurieuzeNeuzen-netwerk.
Je ziet op de kaart hieronder dat tuinen in de provincie Limburg, Antwerpen en Vlaams-Brabant een absolute piek in bodemvocht vertonen van op sommige plaatsen tot meer dan 20% in vergelijking met een referentieniveau vorig weekend.
Gazons als spons
Zulke bodemvochtpieken, tot meer dan 20%, tonen duidelijk het belang aan van onze gazons, tuinen en natuur als spons bij hevige regenbuien: al het water dat door onze tuinbodems kan opgenomen worden, wordt op zijn minst tijdelijk vastgezet, en verlaagt de druk op onze rioleringen en rivieren, en vermindert zo het overstromingsgevaar. De geobserveerde toenames in bodemvocht traden bovendien ook op in tuinbodems die al heel nat waren, na een heel natte eerste helft van juli (het gemiddelde bodemvochtpercentage op 11 juli in de Vlaamse gazons was 38%).
Op momenten van extreme neerslag als deze kan een groot deel van de neerslag echter toch niet in de bodem dringen: er is een maximum hoeveelheid neerslag die bodems in één keer kunnen opnemen voor ze volledig verzadigd zijn. Het overtollige water zal bovengronds moeten afvloeien, met overstromingsgevaar tot gevolg. Dat maximum is onder andere afhankelijk van bodemtype, neerslaghistorie (heel natte, maar ook heel droge bodems kunnen minder water opnemen) en de gezondheid van de bodem (bodems met hoge diversiteit aan bodemleven kunnen meer water opnemen). Als een groot deel van de bodem bovendien wordt afgedekt met beton, asfalt of stenen wordt de capaciteit van de grond als waterbuffer snel kleiner. Gevolg: meer overstromingen.
Ook tonen de data van de gazondolken duidelijk de gevolgen van de lange duur van deze regenbui. Op 14/7, waarop de felle regenbuien in Vlaanderen zich nog concentreerden in het oosten van de regio, waren de toenames in bodemvocht in de Limburgse gazons van het CurieuzeNeuzen-netwerk nog beperkt tot 10 tot 15%.
Meer extreem weer
Ook in de toekomst verwachten we meer van deze extreme neerslagevents. Zelfs mocht de totale hoeveelheid neerslag in België hetzelfde blijven, zal het voor planten moeilijker zijn om aan water te geraken als die neerslag in minder, maar grotere buien valt, net omdat de bodem verzadigd raakt en veel meer water verloren moet laten gaan.
Deze zomer hebben we in tegenstelling tot vorige jaren tot nu toe wel veel neerslagdagen gehad, waardoor het bodemwater wel goed is kunnen aanvullen. Ons grondwater staat er op dit moment dus goed voor. Zo’n natte start verlaagt ook de kans voor hittegolven in onze tuinen: de zomerzon zal veel energie nodig hebben om al dat water te verdampen, waardoor er minder energie over is voor opwarming. Een natte bodem zoals nu is dus de beste airco tegen grote hitte.
De patronen op de bovenstaande kaarten tonen ook nog eens duidelijk aan dat er ook in de impact van neerslag op het bodemvocht veel regionale én lokale verschillen kunnen zijn. Onze wetenschappers gaan hier nu mee aan de slag om te kijken of en hoeveel effect tuinligging en -beheer kan hebben op de impact van de neerslag op het bodemvocht, en hoeveel verschil we ook in die infiltratie kunnen maken.
De interactieve stippenkaart en meer duiding bij de metingen vind je op standaard.be/curieuzeneuzen