Het onderzoek is halverwege, wat nu?

De metingen van CurieuzeNeuzen in de Tuin zijn ondertussen halfweg. We houden jou als deelnemer graag op de hoogte over de meest recente stand van zaken.
Hoe zit het met de bodemstalen?
Alle bodemstalen werden ondertussen verwerkt. Tot welke categorie jouw bodem behoort kan je aflezen op het dashboard, dat een flinke update kreeg.
Elke bodem bestaat uit korrels van verschillende grootte. Kleikorrels zijn minuscuul klein, zandkorrels zijn groter, leem zit daar ergens tussenin. De verdeling van die korrels in je bodem is van ongelooflijk belang voor alles wat leeft in, op en boven die bodem. Klik op de infographic hierlangs om alles nog eens in detail te bekijken.
Zo bepaalt de korrelgrootte hoeveel water er in je bodem kan zitten (denk maar aan een bokaal met knikkers of een bokaal met zand), maar ook hoe makkelijk planten dat water kunnen opnemen. Bovendien beïnvloedt dat bodemtype onrechtstreeks ook de temperatuur (zandbodems zoals in de Kempen of de duinen warmen in de zon veel sneller op dan kleibodems), de zuurtegraad en nog zo veel meer.
Het bodemtype bepaalt het waterverzadigingspunt en verwelkingspunt van je bodem. Na felle regenbuien zal je bodem oververzadigd zijn met water. Na een tweetal dagen uitlekken, is ze op ‘veldcapaciteit’: een maat voor een goed verzadigde bodem. Droogt de bodem verder uit, dan bereikt de bodem een punt waarop er niet meer voldoende water is voor planten om op te nemen. Dat punt noemen we het verwelkingspunt. Zowel verwelkingspunt als veldcapaciteit hangen sterk af van het bodemtype en van de hoeveelheid organisch materiaal in je bodem. Aan de hand van je bodemstaal bepalen we dus de droogtegraad vanuit het perspectief van de plant.
Met behulp van twee laboratoriumanalyses op je bodem aan de UCLouvain en de KULeuven bepaalden wij het percentage zand, leem en klei in je bodem. De verhouding van die drie korreltypes geeft dan het bodemtype van je tuin: is je tuin zandig (veel zand), lemig zand (veel zand en leem) of toch eerder kleiig? In Vlaamse tuinen vinden we vooral veel zandleem-bodems (meer dan 2000 van onze tuinen of 48% zitten in deze categorie). In totaal werden er al 4326 stalen van deelnemers geanalyseerd en 196 bodemstalen uit natuurgebieden.
Momenteel werken we nog verder aan de analyse van de hoeveelheid organische koolstof in je bodem, die we onder andere willen gebruiken om in te schatten of tuinbodems een belangrijke rol kunnen spelen als koolstofreservoir in de strijd tegen de klimaatverandering. Daarover later meer.
Klik op de infographic ↑
Zie je je bodemtype niet terug op je dashboard?
Bekijk je je dashboard via een gebookmarkte of eerder gedeelde link (bv via Facebook, Twitter etc)? We hebben gemerkt dat nieuwe gegevens niet altijd doorkomen op gedeelde of gebookmarkte dashboards. Om je nieuwe gegevens zoals het bodemtype van je meetpunt te bekijken, log je het best in met je mailadres en wachtwoord via https://dashboard.curieuzeneuzen.be/ Indien nodig kan je daar ook een nieuw wachtwoord aanvragen. Je kan het dashboard daarna opnieuw delen zodat anderen ook de meest up-to-date informatie hebben.
Staat er ‘Geen gegevens beschikbaar’ bij je bodemtype? Lees dan hier verder.
Wanneer vind ik op het dashboard ook het droogte-histogram terug, waarmee ik kan opvolgen hoe droog mijn tuin is in vergelijking met Vlaanderen?
We zien grote verschillen in bodemvochtigheidsmetingen tussen sensoren. Een deel daarvan kunnen we gemakkelijk verklaren door de verschillen in bodemtextuur, waarbij kleibodems veel hogere bodemvochtigheid hebben dan zandbodems. Andere verschillen zijn echter het gevolg van de hoeveelheid organisch materiaal, de hoeveelheid plantenwortels, of zelfs simpelweg verschillen in wat de sensor zelf meet. Om zeker te zijn dat we de vergelijking tussen de tuinen correct maken, moeten we dus heel grondig te werk gaan en zeker zijn dat we alle mogelijkheden onderzocht hebben voor we het histogram lanceren.
We vragen je dus nog even geduld te hebben, ons wetenschappelijk team doet momenteel z’n uiterste best om het histogram op correcte manier te berekenen.

Waarom is het invullen van de enquête over mijn tuin zo belangrijk?
Op de stippenkaart zie je de algemene patronen heel duidelijk verschijnen, maar valt ook op dat twee tuinen in hetzelfde dorp of zelfs dezelfde straat een heel andere temperatuur kunnen hebben. Om die verschillen uit te kunnen klaren, moeten we gedetailleerde informatie hebben over elke tuin. Hiervoor gebruiken we je antwoorden op de vragen uit onze enquêtes. Deze informatie is cruciaal om onze belangrijkste vraag te beantwoorden: welke beheersmaatregelen hebben een effect op hitte, droogte, of bodemkoolstof? Dergelijke gedetailleerde vragen kunnen we enkel met gedetailleerde data beantwoorden.
Je ontvangt in september nog een korte vragenlijst over het onderhoud van je meetpunt. Daarnaast zullen we je deze zomer nog 1 a 2 keer vragen om op een afbeelding aan te duiden welke kleur jouw gazon op dat moment heeft.