Een unieke blik op het weer in je tuin
Sinds zijn installatie heeft je gazondolk al heel wat meegemaakt. Hagel, sneeuw, regenbuien, en toch ook wel een portie zonneschijn: allemaal pieken en dalen die je ziet terugkomen in de temperatuurgrafieken op je dashboard. Je hebt alvast gemerkt dat de temperatuursensoren flink op en neer gaan met het ritme van dag en nacht, en dat de temperatuur in de bodem minder grote schommelingen vertoont dan de andere twee temperatuursensoren. Kortom, het dashboard geeft een uniek zicht op hoe het weer dagelijks verandert in je tuin.
Maar er is meer. De 5.000 gazondolken vormen het grootste thermometernetwerk dat ooit is uitgerold in Vlaanderen. En dit netwerk geeft alvast zeer interessante inzichten hoe Vlaanderen in zijn geheel dagelijks opwarmt en afkoelt.
De luchttemperatuur warmt veel sneller op dan de bodem, maar koelt ook sneller af. Nét voor zonsopgang is de luchttemperatuur het koelst. Zodra de eerste zonnestralen invallen op het aardoppervlak, warmt de lucht snel op. Omstreeks 15u00 wordt de maximumtemperatuur bereikt, omdat het aardoppervlak hierna meer warmte verliest dan het krijgt van invallend zonlicht. Op 13 april viel dit moment omstreeks 14u30.
Waarom verschillen de meetgegevens uit mijn tuin zo sterk met de weersvoorspellingen?
Dit is niet zo verwonderlijk als het op het eerste zicht lijkt. De gazondolk meet de temperatuur dicht bij het oppervlak, op zo’n 12 cm hoogte, de temperatuur die het gras en je sperzieboontjes voelen. De algemene weersvoorspellingen daarentegen gelden voor ongeveer twee meter hoogte.
Dicht bij het oppervlak zijn de windsnelheden lager dan op ongeveer twee meter hoogte. Door die lagere windsnelheden, maar ook door bijvoorbeeld weerkaatsing en uitstoot van warmtestraling door het oppervlak, is de maximumtemperatuur dicht bij de bodem meestal warmer. Dit verschil zal tijdens hittegolven waarschijnlijk nog meer oplopen.
Er kunnen echter ook verschillen ontstaan door het verschil in opbouw van een weerstation (zoals het KMI gebruikt) en van onze gazondolk. Daardoor is de kans groot dat een gazondolk op weerstationhoogte nog steeds iets andere temperaturen zou meten. We mogen onze metingen dus niet rechtstreeks met het weerbericht vergelijken.
Waarom schommelt de ene temperatuurslijn meer dan de andere?
Op je dashboard zie je de bruine temperatuurslijn als een kalm golvend lijntje door de grafiek lopen, terwijl de blauwe en de groene lijn hoge pieken en dalen maken. De bruine lijn, de bodemtemperatuur op 10 cm onder het bodemoppervlak, schiet minder uit doordat deze wordt gebufferd door de bodem. De mate van buffering hangt af van het soort bodem, van hoe diep je meet en hoe nat de bodem is. De groene en blauwe lijn (respectievelijk op het bodemoppervlak en 12 cm erboven) hebben grotere uitschieters door de opwarming en de warmte-afgifte van de bodem. Ook de afkoeling ‘s nachts verloopt met meer drama doordat de bodem en vegetatie op dat moment veel warmte verliezen.
Brave huisvaders en mokkende pubers: een update over het datanetwerk
De data van het gazondolkennetwerk wordt verzonden via het Internet of Things. CurieuzeNeuzen in de Tuin is met zijn 5.000 geconnecteerde sensoren meteen ook het meest grootschalige Internet of Things netwerk in België. Pionierswerk dus, en dat geeft evenveel interessante verrassingen als uitdagingen.
We hebben intussen een eerste zicht op hoe trouw de gazondolken hun data doorsturen naar de CurieuzeNeuzen-database aan de UAntwerpen. Verrassend daarbij is dat een deel van het netwerk reageert als een “goede huisvader”, terwijl een ander deel meer als een “mokkende puber” tewerk gaat.
Zo’n 50% van alle sensoren sturen hun data elke 24 uur door (dit zijn de brave huisvaders). De andere 50% wil nog wel eens één of meerdere dagen de data vasthouden, om dan op een later moment alles in een gulp door te sturen (dit zijn de pubers).
Is jouw gazondolk toevallig een mokkende puber? Niet getreurd. Dan zie je inderdaad niet elke 24 uur nieuwe data op je dashboard verschijnen. Maar het is belangrijk om te weten dat deze data niet verloren zijn: de gegevens worden opgeslagen in het intern geheugen van de bodemsensor en doorgestuurd als er terug connectie is. Hoe dan ook wordt deze data meegenomen in het onderzoek.
Vanuit een Internet of Things-perspectief zijn deze brave en stoute gazondolken razend interessant: waarom reageert het netwerk zo? Is er een verminderd bereik op bepaalde locaties? Staan er grote bomen of gebouwen in de buurt? Of speelt het weer een rol in de connectiezekerheid? En wat valt hieruit te leren voor de toekomstige uitrol van grote IoT netwerken? Deze interessante vragen onderzoeken we momenteel met partner Orange en de Internet of Things-wizards van ID lab aan de UAntwerpen. We houden jullie verder op de hoogte.
Wat gebeurt er met je bodemstaal?
De kans bestaat dat je de bodem van je tuin niet eerder zo nauwkeurig hebt bekeken als toen je een bodemstaal nam. En de kans bestaat ook dat je, net als wij, nieuwsgierig bent naar het resultaat van de analyse!
Wij gebruiken je staal om de data van je gazondolk goed te kunnen interpreteren. Bevat je bodem hoofdzakelijk zand, leem of juist veel klei? De samenstelling van je bodem bepaalt voor een groot deel hoe goed je bodem bestand is tegen droogte. Daarnaast willen we ook graag weten hoeveel koolstof de bodem bevat. Deze organische koolstof bestaat uit natuurlijk restmateriaal van planten, en zorgt ervoor dat de bodem van je tuin CO2 opslaat.
De afgelopen weken kwamen duizenden bodemstalen in busladingen binnen bij de Universiteit Antwerpen. De verwerking was een hele logistieke operatie, maar het openmaken van al die dozen was een klein feestje dankzij de snoepjes, chocolade en lieve berichtjes die we van jullie mochten ontvangen.
Na het uitpakken werd je staal 72 uur gedroogd in een speciale warme kamer. Vervolgens werd je staal gezeefd door vrijwilligers van KOCA. KOCA is een organisatie die werkervaring biedt aan jongvolwassenen met autisme. Ook voor de verdere analyse van de stalen kunnen we op hulp rekenen. We gingen een samenwerking aan met andere universiteiten. Een deel van je staal vertrekt naar de KU Leuven of de UCL in Louvain La Neuve voor de analyse van het bodemtype. Het andere deel gaat naar de Universiteit Gent voor de analyse op organische koolstof.
Het resultaat van de bodemtype-analyse wordt gebruikt om de bodemvochtigheid beter te interpreteren. Vanaf eind mei zullen deze resultaten beschikbaar zijn. Het resultaat van de koolstofanalyse volgt later: hoe goed je tuin fungeert als opslag van CO2, lees je in december in je persoonlijke tuinrapport.
Lancering stippenkaart en volgende stappen in het onderzoek
Wil je de data uit jouw tuin naast die van andere deelnemers kunnen leggen? Op 15 mei lanceren we samen met De Standaard een stippenkaart met daarop alle deelnemende meetpunten en hun meetgegevens. Ook jouw meetpunt zal hierop terug te vinden zijn: de stip op de kaart zal iets afwijken van het daadwerkelijke adres om je privacy te waarborgen. Ga op 15 mei naar de app DS Nieuws of www.standaard.be/curieuzeneuzen om te gluren bij de buren!
15 mei: lancering stippenkaart. Die dag ontvang je ook een CurieuzeNieuws nieuwsbrief in je mailbox.
Mid mei: je ontvangt een mail met daarin een uitnodiging voor een sociologische vragenlijst. Deze vragenlijst wordt opgesteld in samenwerking met KU Leuven en is volledig anoniem.
Begin juni: je ontvangt per mail een uitnodiging voor een aanvullende vragenlijst over je tuin. Hoe is deze ingericht? Deze data gebruiken we om de resultaten van de metingen verder te kunnen afstemmen.
Half/eind juni: de analyse van je bodemtype is beschikbaar op de stippenkaart op de app DS Nieuws en www.standaard.be/curieuzeneuzen. De analyse van het aanwezige organische koolstof volgt later.
Het onderzoek in cijfers
Aantal bevestigde inschrijvingen: 50891/52470 – uitval: 1579 of 3%
Aantal bevestigde meetpunten na eerste selectieronde: 3893/4400 – uitval: 507 of 11,5%
Aantal bevestigde meetpunten na aanspreken wachtlijst: 520/599 – uitval: 79 of 13,2%
Aantal niet-afgehaalde meetpakketten: 10
Aantal deelnemers dat een nieuwe sensor ontving: 20
Aantal vermiste/gevandaliseerde sensoren: 10