Niet alle neerslag komt onmiddellijk op de bodem terecht. In veel gevallen staan menselijke constructies en vegetatie in de weg, of stroomt het water af naar lager gelegen plekken. Hierdoor komt er een groot volume water niet in de bodem terecht, waardoor tuinen minder dan 100% van de regen hebben opgemeten in de grond.
Tegelijkertijd zijn er tuinen die soms ver boven 100% van de regen hebben gesponsd. Een paar redenen hiervoor zijn al komen bovendrijven, al heeft een meer gedetailleerde analyse nog veel voeten in de aarde. Om dit toe te lichten, verwijzen we naar de extreme regenval op 15 juli 2021.
Halfweg juli werd Vlaanderen geteisterd door intense regenval. Dit viel ook te meten in het gazondolken-netwerk, waar sommige tuinen die dag meer dan 100 liter regen hebben moeten slikken. Hier zagen we dat tuinen waar op korte tijd véél regen viel, de bodems het water minder goed konden slikken. Hetzelfde geldt voor lager gelegen tuinen; water volgt de weg van de minste weerstand en volgens de zwaartekracht, dus komt het terecht waar het reliëf het laagst is. Ten slotte speelt de verhardingsgraad van je regio en je tuin een rol. Verharde oppervlakken laten weinig tot geen water door, maar het water moet nog steeds ergens naartoe. Het stroomt af richting een plaats waar het wel kan indringen, het zij een riool, een rivier, of een onverharde bodem.
Al deze factoren zorgen er samen voor dat een tuin veel of weinig water opneemt. Als je tuin in een sterk verharde regio staat en lagergelegen is, dan zal er veel meer water afstromen richting de sensor, waardoor er meer water wordt gemeten dan het er werkelijk geregend heeft.